Verduurzamen materieel (E)

Het uitgangspunt is om bij start uitvoering direct gebruik te maken van emissieloos materieel. De inzet van elektrisch materieel draagt bij aan het reduceren van de emissies, maar ook om de geluidsoverlast (dB's) te minimaliseren. Om dit te bereiken zijn we vroegtijdig in het proces gestart met het uitzoeken en het inzichtelijk maken van de baten en de lasten. Om deze reden wordt er in de aanpak de volgende stappen uitgelopen:

Stap 1: Inventarisatie materieelstukken

Er is een Plan van Aanpak opgesteld waarin een analyse wordt gedaan op de materieeltukken welke interessant zijn om te verduurzamen; daarbij hebben we ook de mogelijkheden binnen de markt geanalyseerd. Materieel dat we nu uitwerken:

  • 1 stuks 25 ton hydraulische graafmachine elektrisch met accu

  • 2 stuks 35 ton hydraulische graafmachine elektrisch met accu

  • 4 stuks 'vrachtwagen elektrisch met accu'

  • 1 stuks Shovel elektrisch met accu

  • 1 stuks Asfaltset elektrisch met accu

  • 1 stuks Silent Piler met draadkraan elektrisch met accu

Per materieelstuk onderzoeken we de:

  1. Financiële haalbaarheid: Er zijn gesprekken gevoerd met o.a. HBWP en het Rijk voor subsidieverlening voor emissieloos werken. Hierin is de gehele subsidieaanvraag en de bij behorende onderbouwingen uitgewerkt. Zaken als de redeneerlijn en het Plan van aanpak dienden ter onderbouwing van de subsidieaanvraag. Naast de subsidieaanvraag zijn voor de genoemden materieelstukken destijds offertes opgevraagd voor het berekenen van de business case en het bepalen van de juiste inzet van materieel en laadvoorzieningen.

  2. Technische haalbaarheid: Voor het bepalen van de technische haalbaarheid zijn er per materieelstuk gesprekken gevoerd met de Technische Dienst van Boskalis en leveranciers. O.b.v. van deze gesprekken zijn diverse offertes opgevraagd en waar nodig uitgebereide analyses gemaakt met o.a. 3D-scans voor het ombouwen naar een elektrisch materieelstuk. De gesprekken en analayses dienen ter input van het Plan van aanpak en de voorstellen richting het waterschap en directie van Boskalis Nederland.

  3. Uitstoot besparing t.o.v. referentie materieelstuk (duurzaamheidswinst): Om te bepalen wat de impact is de uitstoot van elektrisch materieel is de uitvoering van het volledige werk berekend o.b.v. diesel. Hierin is een onderscheid gemaakt tussen de werkzaamheden ten behoeve van de dijkversterking en rivier. Op basis van de eerdergenoemde materieelstukken en de bijbehorende uitstoot is de uitstoot berekend.

  4. Energieplan (hoe de energiedrager bij het materieelstuk komt, of andersom): Binnen het projectgebied is er geen mogelijkheid om nieuwe grootverbruik aansluitingen aan te vragen i.v.m. netwerkproblemen bij de netbeheerder en Tennet. Voor materieelstukken die flexibel naar een laadpunt kunnen rijden is er de mogelijkheid om gebruik te maken van een klein verbruik aansluiting, mits er minimaal 12 uur opgeladen kan worden. Voor het opladen in een kortere oplaadtijd of wanneer een materieel stuk geen mogelijkheid heeft om gemakkelijk naar een laadpunt te gaan zijn er een 3 tal opties per materieelstuk uitgewerkt, namelijk het transporteren van het materieelstuk met een dieplader naar een laadpunt, het transporteren van een accucontainer naar het materieelstuk of het toepassen van een biogas generator nabij het materieelstuk. Afhankelijk van het materieelstuk is in het Plan van Aanpak omschreven welke optie het beste aansluit bij het materieelstuk.

Stap 2: Laad- en tankinfrastructuur

Om het materieel in te kunnen zetten, is het belangrijk dat het materieel wordt voorzien van de benodigde brandstof. In het geval van mobiel materieel, rijdt het materieel zelf naar het laadplein bij de RWZI Oijen. In het 1e jaar wordt hier enkel 's nachts geladen; in de daarop volgende jaren kan er dag en nacht worden geladen. Bij niet-mobiel materieel wordt er een groengasaggregaat geplaatst nabij het materieelstuk. Het groengas, afkomstig van rioolwaterzuiveringsinstallaties, wordt in 20ft container door een externe partij geleverd. Per materieelstuk is in het Plan van Aanpak omschreven welk type laad- en tankinfrastructuur het beste past.

Stap 3: advies van pakket materieelstukken en benodigde laad en tankinfrastructuur

Op basis van de inventarisatie wordt er een advies uitgebracht welk pakket van materieelstukken er ingezet worden t.b.v. de werkzaamheden aan de dijk en aan de riviermaatregelen. Daarbij worden de meerkosten inzichtelijk en de CO2 besparing van het pakket inzichtelijk gemaakt inclusief de kosten van eventuele laad- of tankinfrastructuur. De onderstaande type materieelstukken dienen als basis voor de mogelijk in te zetten elektrische materieelstukken. Na het doorlopen van de stappen zal op basis van het exacte type en vermogen een keuze worden gemaakt welk materieel elektrisch kan worden uitgevoerd

Werkzaamheden

Inzet type materieel

Gebiedsontwikkeling en dijkversterking

GPS-gestuurde hydraulische graafmachines

Transporter

Dumpers en vrachtauto’s

Beheer van tijdelijke grondopslag

hydraulische graafmachines en bulldozers

Rijbaan onderhoud en verplaatsen rijplaten

Shovels

Verdichten van grond

Schapenpootwals en bulldozer

Transport van vermarktbare grond

Beunschip

Overslag

Laad- losponton en kraanschip

Aanbrengen erosie beschermende maatregelen

Kraanschip en hydraulische graafmachines

Stap 4: inzet van alternatieve brandstoffen

Voor de materieelstukken die niet emissieloos worden ingezet wordt er gekeken naar alternatieve brandstoffen zoals HVO100. Voor het project wordt 75% van het landmaterieel inzet met HVO100, het overig deel zal plaatsvinden met diesel.

Stap 5: Toetsen bekostiging van de maatregelen

Al vanaf het beginstadium van het onderzoek wordt er gekeken naar de mogelijkheden van subsidies. Mede omdat er voor veel subsidies onderbouwing benodigd is waar al in het beginstadium mee rekening gehouden dient te worden. Voor scenario Dijkversterking worden er gesprekken gevoerd met HBWP en voor scenario Rivier worden gesprekken gevoerd met RWS.